Historie
Initiatieven voor grensoverschrijdende contacten hebben mettertijd in vele landen van de wereld, maar vooral in West-Europa, heel wat aanhangers gevonden. Zo hebben de afgelopen decennia, naast de politieke en economische congressen op topniveau, duizenden vriendschappelijke bijeenkomsten plaatsgevonden: ontmoetingen tussen culturele verenigingen, sportclubs, zustersteden, samenkomsten van organisaties en bonden uit alle landen en steden van Europa.
Naar aanleiding van een dergelijk treffen tussen Belgen en Duitsers maakten de directeur van de dienst toerisme van de stad Ludwigshafen, de heer Müller-Kattwinkel en zijn vriend, de heer Eugen Fritzenschaft, in 1978 te Brugge, het Venetië van het Noorden, van de gelegenheid gebruik plannen te smeden om een internationale vereniging op te richten. De catalogus voor de aanstaande expositie over de ridderorde Het Gulden Vlies bracht hen op een idee. Algemeen is men het erover eens, dat de ridderorde van het "Gulden Vlies" de eerste belangrijke mensen en tegelijkertijd volkerenverbroederende orde in Europa was. Beide heren hadden een open oor voor de middeleeuwse en de tot op heden bewaarde gebruiken. Hun gesprekspartner was de heer Eduard Trips, die in de culturele kringen van Brugge en haar regio gold als een geachte kenner van de van de geschiedenis.
Zo werd de Internationale Broederschap "Het Gulden Vlies" opgericht. De heer Fritzenschaft kreeg de opdracht voor een passend kleinood te zorgen. De eerste overhandiging, uiteraard in Brugge, zou aan de gouverneur van West-Vlaanderen, de heer Leo van Acker en aan de burgemeester van Ludwigshafen, de heer Dr. Jurist Werner Ludwig gebeuren. Helaas overleed de heer gouverneur van Acker kort voor deze investituur, maar de heer Dr. Ludwig kon geëerd worden.
Om nu echter op de eigenlijke culturele en humanitaire doelstellingen van de internationale broederschap "Het Gulden Vlies" in te gaan, moeten we teruggaan naar het ontstaan van de oorspronkelijke orde van het "Gulden Vlies", die vandaag de dag nog steeds als hoogste onderscheiding in Europa, nog meer, in de wereld, geldt.
- De Griekse mythologie verhaalt dat in het kleine koninkrijk, Lolkos, Koning Pelias, niet langer genoegen nam met zijn vele schapen. Veel liever wilde hij het Gulden Vlies in zijn bezit krijgen. Dit met gouddraad omsponnen vacht van een ram werd enorm waardevol geacht. Hij wist toendertijd nog niet, dat dit Gulden Vlies ontstond door het wassen van goud. Zodoende beval hij zijn neef Jason om, samen met 50 azubiris (leerling-ridders), het vlies afhandig te maken van koning Phrixos van Kolchos. De 51, onder wie bekende namen zoals Castor, Pollux, Hercules en Orpheus, gingen aan boord van het schip "Argo". Zo begon de "Tocht der Argonauten". Zij deden er vele jaren over, beleefden duizend-en-èèn avonturen en vonden tenslotte in de Kauskasus, met behulp van de tovenares Medea het Gulden Vlies.
We maken een sprong van een paar millennia naar de 15e eeuw. In 1418 erfde Filips de Goede het hertogdom Bourgondië. Zijn rijk strekte zich uit vanaf de kust van de Noordzee tot aan de toppen van de Alpen. Niettemin was hij ontevreden. Hij zat geprangd tussen de keizer van het Heilig Roomse Rijk der Duitse Natie en de koning van Frankrijk. Zij waren allemaal armer dan Filips de Goede, maar zij hadden titels die hen ver boven de rang van hertog stelden.
Filips moest een oplossing zien te vinden. In zijn jeugd had hij de verhalen van Jason en zijn Argonauten gelezen, geschreven door een zekere Appollonius van Rhodos. Toen al had hij de moed van de 50 mannen en de trouw aan hun leider Jason bewonderd. Daar moest toch iets van te maken zijn waarmee hij zijn imago zou kunnen oppoetsen. Hij maakte er een ridderorde van. Zijn aanstaande huwelijk met Isabella van Portugal leek hem het geschikte tijdstip om de gekroonde concurrentie te verrassen.
Enkele dagen na zijn huwelijk, in januari 1430, reed de hertog op kop van 23 ridders, naast zijn kersverse bruid, door de straten van Brugge. In het licht van de winterzon schitterden op de harnassen van zijn begeleiders en op zijn feestelijk gewaad, de kettingen van het "Gulden Vlies". De keizerlijke en koninklijke concurrentie stond verstomd, maar deed haar uiterste best, de nieuwe orde toegekend te krijgen.
Zevenenveertig jaar later, op 15 januari 1477, werd het gedempte zonlicht opnieuw gebroken door het goud van het vlies, ter gelegenheid van de begrafenis van Karel, zoon van Filips, die het leven verloor tijdens de slag bij Nancy. Zijn dochter Maria, erfgename van Bourgondië, trouwde spoedig met Maximiliaan, een Habsburger en later keizer en redde daarmee zichzelf en haar hertogdom voor de machtsaanspraak van de koning van Frankrijk. Door het overlijden van Karel de Stoute en het huwelijk van Maria van Bourgondië met aartshertog Maximiliaan, de latere keizer, kwam het "Gulden Vlies" in Habsburgse handen. Dit "Gulden Vlies" bracht de Habsburgers macht en rijkdom. De koning van Frankrijk, Lodewijk XI, aan wie deze verbintenis om de voor de hand liggende redenen niet beviel, had nu noodgedwongen het keizerrijk voor de deur staan. Toch jammer dat het prachtigste huwelijk van Europa ook negatieve politieke aspecten had. De Oostenrijkse-Franse en later Frans-Duitse erfgeschillen vonden daar hun oorsprong. Gelukkig zijn die nu definitief van de baan.
Een zeer belangrijke drager van de orde was de kleinzoon van Maximiliaan, Karel V, Keizer van het Duitse rijk en de koning van Spanje (Carlos I). Helemaal in de geest van zijn nobele Bourgondische voorvaderen opgevoed, sprak hij zich uit voor het symbool dat hij om de hals droeg. Hij was de personificatie van het universele keizerbeeld van de middeleeuwen. Aan het einde van zijn leven trok hij zich terug in het Spaanse klooster San Jeranims de Guste. Ook daar zou hij elke dag zijn ordeteken hebben gedragen.
Waar het bij de Internationale Broederschap op aankomt, is dat alle leden vredesgedachten onderschrijven, dat zij hun eigen tradities en gebruiken waarderen en doorgeven.
Om lid te kunnen worden dient men sociale, culturele of maatschappeloke verdiensten te hebben, d.w.z. een verantwoordelijke dan wel leidinggevende rol. Iedere Ridder onderschrijft tevens o.a.:
- de Universele Verklaring van de Rechten van de mens die zijn vastgelegd te respecteren
- de plicht andere te respecteren, zonder onderscheid naar ras, sekse, religie, sociale klasse, gemeenschap of welk ander element ook waarin zij schijnbaar verschillen.
- de (morele) plicht met woord en daad te ijveren voor sociale vrede en zelf een voorbeeld te zijn, door zich in te zetten voor de samenleving.
- waarde te hechten aan omgang met mensen uit andere landen, geïnteresseerd zijn in hun cultuur en taal; meertaligheid
- interesse hebben in de Europese (volks)cultuur: vreugde beleven in het samen genieten van het goede leven.
Op dit ogenblik zijn er Kanselarijen in België, Duitsland, Nederland, Canada, Zwitserland, Italië en Spanje. De Kanselarijen van Het Verenigd Koninkrijk, de Verenigde Staten, Frankrijk en Oostenrijk, die tijdelijk gestopt waren wegens herstructurering worden eerstdaags heropgericht en een nieuwe "Kanselarij Portugal" dient zich aan. Elke soevereine kanselarij houdt haar eigen bijeenkomsten en jaarvergadering, of organiseert een klein Convent (of Kapittel).
Het Groot Kapittel vindt elk jaar plaats in Brugge -de stad waar de ridderorde werd gesticht- of een andere stad in binnen of buitenland waar een verband bestaat met de toenmalige Gulden Vlies Ridders. Enkel daar voltrekt zich ook de intronisatie, of de ridderslag, d.w.z. de opname van nieuwe ridders in de Broederschap. Dit gebeurt in het stadhuis of in een ander historisch gebouw.
De Zetel van de Broederschap, de hoofdkanselarij, voorgezeten door de Grootmeester, bevindt zich principieel in Brugge. De uitgebreide kapittelraad bestaat uit de Grootkanseliers, die in hun land rechtstreeks verkozen worden. De ridders van de Broederschap voelen er zich, zoals de achtingswaardige leden van de oorspronkelijke orde, toe verplicht, de orde dagelijks opnieuw te verdienen, getrouw het motto:
Pretium Laborum Non Vile
(ieder werk is zijn loon waard)
FILIPS
Hertog van Bourgondië
ISABELLA
Infante van Portugal